maandag 12 december 2011

Hij staat op de planken...

De lichten doven.
Een groot podium. Eén stoel. Eén man.
Een kleine man, maar auteur van een groot oeuvre.
De man in de straat, de man op het podium.
Tom Lanoye.



Het stuk van Tom Lanoye, het sprak me wel aan. Tom Lanoye heeft een theatermonoloog van zijn boek ‘Sprakeloos’ gemaakt. Het theaterstuk heet ‘Sprakeloos op de planken’. De titel spreekt boekdelen als je weet waarover het gaat. Weten jullie het al? Neen? Lees maar eens mee!

De informatie die ik vooraf over het boek vond:
Eind 2009 verscheen zijn langverwachte roman ‘Sprakeloos’. Deze roman handelt over de dood van zijn moeder. Een amateuractrice die, na een beroerte, haar spraak verliest.
Het gaat over Lanoyes jeugd, zijn relatie met zijn moeder en haar dood. De openingszin van het boek vat het allemaal al samen: “Dit is het relaas van een beroerte, vernietigend als een inwendige blikseminslag, en van de tergende aftakeling die zich daarna twee jaar lang voltrok aan een vijfvoudig moederdier en amateuractrice eersteklas.”

Ik heb zelf het boek nog niet gelezen, maar ik sta te popelen om het wél te lezen. De grote vakantie (lees: als ik nog eens veel tijd heb) ga ik mij het boek onder de arm nemen. Toen ik naar de voorstelling ging was ik bang dat ik te weinig voorkennis zou hebben, maar dat zou geen probleem zijn volgens verschillende bronnen. We will see…

Het beloofde méér te worden dan enkel een stukje voorlezen. Lanoye had zich ontpopt tot acteur. Ik ben razend benieuwd! Voor het theaterstuk wou ik mijn mooiste kleedje uit de kast halen – Aan de inkom van de zaal krijgen we een cadeautje (yes, ik hou van cadeautjes!) We kregen twee gratis bonnetjes aangeboden voor een ‘bolleke’, zoals we dat in Antwerpen zeggen. Een ‘De Konickske’…  Een tof begin van een mooie avond?

De eerste minuten in de theaterzaal waren letterlijk oogverblindend. Er hing een tapijt vol met spots richting het publiek. Wij zaten op de eerste rij – ja zo dicht – en werden verblind door het licht. Plots verdwijnt het tapijt de lucht in (Alladin?) en er komt één spot op het podium. Er komt een man tevoorschijn, ik denk dat hij Lanoye gaat voorstellen… Eindelijk dacht ik! Vijf minuten later bleek dat de man op podium Tom Lanoye zelf was! “Mijn god wat is die man klein!”, dacht ik. Hij is ook niet echt knap, maar dat zegt natuurlijk niets over zijn kwaliteiten…
Als ‘fashionista’ was het met direct opgevallen dat zijn rechtsbroekspijp zeker 5 cm korter was dan zijn linker… Nuja, ook niet moeilijk! Zo een klein mannetje, de broek moest vast korter gemaakt worden… De naaister heeft er wellicht geen rekening mee gehouden dat veel kijkers op broekhoogte zitten… hihi.


Tom is geboren in Sint-Niklaas in 1958. Dat wil zeggen dat hij - even rekenen – 53 jaar is. Geen groen blaadje meer, dus. Hij is geboren in het dorpse leven als slagerszoon. In de mentaliteit van ‘ons kent ons… ‘ Een vrouw zou een vrouw niet zijn zonder een pittig detail. Voor degene die het nog niet wisten is Tom Lanoye, een homo. Niks mis mee, ik hou van homo’s! Ik vrees wel dat hij niet het type is van shoppen, dagcrème en ‘sjakossen’. Nene, Lanoye is op en top man. Op zijn coming-out wordt ook grappig gereageerd tijdens de monoloog, later hier meer over!
Zijn moeder was in de eerste plaats slagersvrouw maar daarnaast ook ooit amatauractrice in een toneelgezelschap. Het was een specialleke…
De monoloog was enerzijds een moment van lachen maar anderzijds een moment van een traan. Ik ben vertederd en heb grappige dingen gehoord. Hieronder een kort lijstje:

- de bakker die allergisch werd voor bloem,
- de gigantische buurvrouw,
- de kleine burgers die de laatste centen van hun karig loontje aan de lotto uitgeven, niet omdat ze er rijk mee hopen te worden, maar omdat ze medelijden hebben met de organisatrice van de lokale loterij.
- een hartstilstand na een kijkoperatie aan haar knie, een nooit eerder geziene gebeurtenis.



De moeder van Lanoye kreeg een hartstilstand na een operatie. Nog nooit had de dokter zoiets meegemaakt, ze kende het alleen maar van in de boeken. De moeder dacht dat bij haar altijd alles erger was dan bij iemand anders. Ze had enorm veel zelfmedelijden. De zelfmedelijden van de moeder schetste niet alleen een positief beeld maar ook een ‘negatief’ beeld. Het schetste vooral hoe de moeder écht was…

- de rattenplaag in het dorp, waarbij de “madame chichi” van het dorp haar chihuahua kwijtspeelt – jawel, één van de moedige mannen die achter de ratten inging dácht al dat de rat die hij verpletterde er zo vreemd uitzag, en van die rare pootjes had…

- De moeder. Een tang van een wijf. Maar wat een karakter. En er dan achter komen dat de appel niet ver van de boom valt…

De laatste zin over zijn moeder vond ik de grappigste van allemaal. Hij lijst allemaal zaken op over zijn moeder zowel negatief als positief. Het is grappig om dan later te beseffen dat Lanoye enorm op haar lijkt. Dat ze bijna hetzelfde zijn… Een kleine touché.


Ookal heb je de monoloog niet gezien, ik ben er van overtuigd dat bovenstaande zinnetjes je wel aan het lachen gebracht hebben. Dit was ook zo gedurende de monoloog. Het was een ijzersterke voostelling met een geladen onderwerp. Er zat zoveel emotie achter, maar toch werd het met zoveel humor verteld. Soms merkte je dat Lanoye het moeilijk kreeg met zijn verhaal. Het werd hem allemaal een beetje teveel. Dit was erg aangrijpend zowel voor Lanoye zelf als ook voor het publiek.
Zoals eerder al vermeld heeft Lanoye een 'spciaal-kantje'. In zijn monoloog heeft hij het ook gehad over zijn coming-out. Hij was toen 27 jaar.
Toen hij het vertelde tegen zijn moeder kon hij niet rekenen op begrip. Hij liep weg en enkele dagen later kreeg hij een telefoontje van haar...
Het gesprek
Zij: ‘Ik bel u in verband met wat ge gezegd hebt.’
Ik: ‘Wat gezegd? Wanneer?’
Zij: ‘Hang het onnozel schaap niet uit. Ge weet wat ik bedoel.’
Ik: ‘Hang zelf het kalf niet uit. Wat ligt er op je lever?’
Zij: ‘Mijn lever? Waar zijt gíj mee bezig?’
Ik: ‘Het organiseren van mijn leven zoals jij me dat hebt geleerd.’
Zij: ‘Heb ik u vuiligheid geleerd? Dat is nieuw.’
Ik: ‘Is het vuiligheid om te zijn wat je bent?’
Zij: ‘Niemand is zo. Ge wordt zo gemaakt.’
Ik: ‘Dat zegt de helft van de psychiaters ook.’
Zij: ‘Voilà.’
Ik: ‘Ze zeggen dat het de schuld is van de moeder.’
Zij: ‘Ik wist dat ge dat ging zeggen.’
Ik: ‘Als je het weet, waarom bel je dan?’
Zij: ‘Omdat het niet waar is. Er bestaat zoiets als de vrije wil.’
Ik: ‘Daar heb ik nooit veel van gemerkt, in jouw omgeving.’
Zij: ‘Gaat ge u beklagen over mij? Schaamt ge u voor mij?’
Ik: ‘Niet meer dan jij je schaamt voor mij.’
Zij: ‘Wat zeggen die andere psychiaters?’
Ik: ‘Pardon?’
Zij: ‘Als het niet komt door de moeder, door wat dan wel?’
Ik: ‘Ik ben zo geboren.’
Zij: ‘Dat zou best kunnen.’
Ik: ‘Voilà.’
Zij: ‘We hadden het bij vier moeten houden. Mijn lijf was al te oud bij u.’
Ik: ‘Wablieft?’
Zij: ‘We waren nog zo blij dat ge normaal waart en geen mongooltje.’

Vooral het laatste stuk vond ik zo ongelofelijk grappig... 'We waren al blij dat je geen mongooltje waart'
Zoals je al eerder hebt kunnen lezen... het was een tang van een wijf!

Na de voorstelling blijf ik worstelen met één vraag...
Ik vraag me na afloop af waar Tom Lanoye al de liefde blijft halen naast alle bitterheid die hij voelt voor zijn moeder.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten